Damwanden zijn verticaal geplaatste waterkerende of grondkerende constructies. Een damwand bestaat uit losse houten-, kunststof-, of metalen- panelen. Ook beton wordt toegepast.

Damwanden worden geplaatst door heien, trillen of drukken. Het voordeel van drukken is dat het nagenoeg trillingsvrij is.

Er zijn permanente- en semi-permanente damwanden. Semi-permanente damwanden worden na de werkzaamheden weer verwijderd.

Damwanden kennen vele toepassingen. Ze worden primair ingezet om een hoogteverschil in stand te houden. Damwanden worden ingezet als:

• kademuur
• oeverbescherming
• onderdeel van een dijk
• wand(en) van een bouwput of bouwkuip
• wanden van een boorkuip
• middel om bodemvervuiling te immobiliseren
• onderdeel van viaducten en tunnels
• onderdeel van duikers
• stuwen
• landhoofden
• geluidsschermen

Beschoeiingen kunnen ook gezien worden als damwanden. Het grote verschil tussen een beschoeiing en een damwand is dat bij een beschoeiing de planken/panelen horizontaal geplaatst zijn en bij een damwand verticaal. Daarom wordt een beschoeiing geen damwand genoemd.

Een keermuur of keerwand is een grondkerend of waterkerend kunstwerk wat zich kenmerkt door een grote stijfheid. Damwanden zijn flexibel, keermuren niet.
Een keermuur is vaak gemaakt van gewapend beton, maar in bijvoorbeeld tuinen worden ook keermuren van steen of natuursteen gemaakt. Keermuren en keerwanden zie je uiteraard vaak als onderdeel van een dijk. Maar ook in kelders, ondergrondse kunstwerken (parkeergarages en tunnels) en diepe funderingen worden keermuren en keerwanden toegepast.